Ditmaal wil ik inzoomen op vier medianieuwtjes. In twee daarvan spelen vrouwen een hoofdrol, de andere twee feiten zijn voor mannen weggelegd. Het gaat om Rennie, Naeeda, John en Chris.
Rennie Rijpma is vanaf 1 juli de eerste vrouwelijke nieuwe hoofdredacteur van het Algemeen Dagblad. Gefeliciteerd. Ze stond jaren met haar poten in de modder, heeft een online drive en toont zich meer dan honderd procent gemotiveerd. “Het AD gaat me aan het hart. Ik wil dit merk toekomstbestendig maken.” In het interview met haar lees ik veel cliché’s, zoals ‘Ik wil meer vrouwen zien in de krant en op de site’. Wat ik nog onvoldoende lees zijn haar journalistiek inhoudelijke ambities.
Naeeda Aurangzeb tapt uit een heel ander vaatje. In het boek 365 dagen Nederlander beschrijft ze op een onthullende manier hoe ze als gekleurde vrouw en journalist vaak bejegend werd. In Rotterdam vragen haar buurmeisjes: “Hi Naeeda, mogen wij jouw kleren lenen voor carnaval?” Tijdens een debat in Delft zegt iemand: “U heeft hier in Nederland een grote mond, maar in Iran was u onthoofd.” En bij een NTR-werkoverleg in Hilversum zegt de eindredacteur: “Je moet als radiopresentator een autonome persoonlijkheid hebben.” Naeeda zegt: “Oké.”. Dan vervolgt de eindredacteur: “Jij hebt vanuit je cultuur natuurlijk niet geleerd wat autonomie is. Dat wordt nog lastig voor jou.” Het is vaak om je dood te schamen als je het leest. Overigens vraagt Robert Vuijsje in de Volkskrant terecht waarom het boek alleen over vooroordelen van autochtone Nederlanders gaat.
Nu het ‘mannennieuws’.
John de Mol slaat weer op hol met zijn bekende kapitalistische capriolen. Het nieuws is dat Talpa Network en RTL Nederland zich samen als een nieuwe mediagigant willen gaan opwerpen, op voorwaarde dat de Europese en Nederlandse toezichthouders daarvoor toestemming verlenen. Het is het zoveelste avontuur waarin De Mol zich begeeft. Typisch het gedrag van een heel gefortuneerde man die het leuk vindt om met zijn kapitaal, en terend op het succes van Big Brother, machtsspelletjes te spelen en zich te buiten te gaan aan ijdeltuiterij.
Zijn visie: Als je wilt overleven in een mediawereld met grote internationale concurrentie, dan doen de commerciële omroepen in Nederland er goed aan om de krachten te bundelen. Ik geloof daar niks van. De Mol heeft zelf juist aangetoond dat je het als relatief kleine speler met intelligente formats ver kan schoppen. Bovendien is het een illusie dat RTL en Talpa door te fuseren ineens een vuist kunnen maken tegen de grote jongens elders. Zo heeft Netflix zo’n 200 keer meer abonnees dan Videoland. Ik bedoel maar. Een hoop drukte om niks, dat is het.
Daarom volgt hier mijn collegiale advies: “Beste John, eerst een vraag: Kun je tegen je verlies? Je weet dat je leiderskwaliteiten minder ontwikkeld zijn dan je kwaliteiten als tv-maker. Stoot dus al je bedrijfjes af. Wees liever voor je zus Linda. Streef naar het ware geluk, bedenk nog een format en speel nog vaker spelletjes met je vrienden, want het leven is kort.”
Over John de Mol gesproken, de ook al schatrijke flitshandelaar Chris Oomen kocht vorige maand van hem het Algemeen Nederlands Persbureau. Uit hun interesse voor dit nieuwsbedrijf blijkt dat ze beiden niets of weinig van dit aspect van de journalistiek weten. Maar dat mag de pret niet drukken. Omdat ik zowel lokaal correspondent als medebestuurder van het ANP ben geweest, weet ik wel iets van dat persagentschap af.
Ooit waren een groot aantal dagbladen en later ook de publieke en regionale omroep door middel van hun financiële steun min of meer de gezamenlijke baas van het ANP. Dat was een idioot model. Toen het in 2001 een BV werd gingen de commerciële belangen noodgedwongen een te grote rol spelen. Zo nu en dan heb ik als journalist met actuele meldingen, pers- en overlijdensberichten een paar steekproeven genomen, om te ervaren hoe ze ondertussen met het nieuws omsprongen en daar werd ik niet vrolijk van. Qua bereikbaarheid, alertheid en accuratesse liet men het – vergeleken met het oude ANP – steeds meer afweten. Daar komt bij dat het belang van de zogenaamde agenda-journalistiek ook langzaamaan vermindert.
Daarmee wil ik niet zeggen dat Chris Oomen een kat in zak heeft gekocht, maar wel dat het geen kwaad kan om eens met insiders te brainstormen over een nieuwe koers en aanpak voor dit enigszins in verval geraakte instituut.
Mocht ik ooit gedwongen worden om een jaar met twee mensen op een onbewoond eiland te overleven, en ik heb de keus uit Rennie, Naeeda, John en Chris, dan kies ik voor Naeeda en Chris. Rennie niet, omdat ik het AD te algemeen vind en John niet, omdat ik bang ben voor zijn verborgen camera’s en een eventueel nieuw eilandformat. Bij Naeeda volg ik op het strand graag een spoedcursus ‘Hoe voorkom ik dat mijn vooroordelen in een bestseller verschijnen?’ En met Chris wil ik dieper ingaan op het prettig leesbare gesprek dat Sara Berkeljon met hem in de Volkskrant (19/6/21) had over rijkdom.