DAG 29: Bottom-up, top-down of cocreatie?

7 minuten leestijd

Wat is het beste model voor een buurt? Als je de huidige situatie in Middelland in een model zou moeten weergeven, dan wordt het lachen. Ik heb het meerdere ambtenaren gevraagd, maar men kwam er niet goed uit. Je kan flauw zeggen dat – nu de deelgemeenten verdwenen zijn – er op het stadhuis bepaald wordt wat er met de wijken gebeurt en dat de burger een beetje mag meedoen. Een duidelijk top-down model dus. Maar de burgemeester en veel politici zijn niet gek. Die snappen ook wel dat je daar niet meer mee aan kan komen. Ik geloof dat het Aboutaleb was die met het toverwoord ‘cocreatie’ op de proppen kwam (heb ik dat fout, dan hoor of lees ik dat graag). Cocreatie betekent letterlijk dat je samen iets creëert. Dat is mooi, alleen is de vraag wat het in de praktijk inhoudt. Je kan redeneren dat de stad van de bewoners is, die via allerlei belastingen een groot deel van de inkomsten ophoesten die een stad in staat stellen om goed te kunnen functioneren. Die bewoners worden steeds slimmer, mondiger en communicatiever. Neem ze dus serieus en geef ze de ruimte. Maar als we naar Middelland kijken dan raken we verstrikt in een gemeentelijk doolhof.
Aboutaleb heeft een potje geld om wat extra’s mee te doen in de wijk, maar daar gaan ook andere wethouders en de gemeenteraad over. In de wijk hebben we te maken met een gebiedscommissie onder leiding van Tom Harreman. Die heeft geen macht. Ook zijn er een gebiedsdirecteur en een stadsmarinier. Wie hebben het nou in Delfshaven en Middelland voor het zeggen? Is dat de gemeenteraad, B &W, Tom Harreman, de stadsmarinier, de wijkambtenaren, Buurt Bestuurt? Of zijn het de bewoners? Hoe toon je al die organen en mensen in een helder model?
Natuurlijk kunnen de bewoners hun invloed laten gelden door eens in de vier jaar op een partij te stemmen die voor hun belangen opkomt. Ze kunnen ook uit protest niet gaan stemmen en dat is de werkelijkheid. Als 60 procent niet gaat stemmen, zoals bijvoorbeeld in Delfshaven gebeurde, dan moet je concluderen dat de democratie faalt. Ik zou me daar als politicus serieus zorgen om maken. Burgers kunnen ook zelf in verzet komen of actief worden. In onze wijk gebeurt dat op grote schaal. Neem het feit dat Wij Delfshaven is gelanceerd en meteen twee zetels scoorde. Of kijk naar het enorme aantal initiatieven die door bewoners ontketend zijn en worden. Vormen van zelforganisatie, activiteiten in straten, vrijwilligerswerk. Van aanschuifmaaltijden tot Singeldingen.
Hoe ontwarren we deze kluwen? Hoe groeien we naar nieuwe democratische verhoudingen toe die meer zijn toegesneden op de werkelijkheid van nu? Om de gedachten te scherpen kan het geen kwaad om een radicaal bottom-up-model te verzinnen. Een intrigerend denkmodel met alle fouten, idealen en beperkingen van dien. Als uitgangspunt nemen we de echte bewoners van Middelland. Niet de talloze mensen die dagelijks van buiten onze buurt hier naar toe komen om – vaak met veel deskundigheid en goede bedoelingen – hun geld te verdienen. Uit de bewoners wordt een vertegenwoordiging gekozen die met de buurt aan de slag gaat. Dat kan door loting, zoals David Van Reybrouck in zijn boek ‘Tegen verkiezingen’ heeft bepleit, maar ook op een andere democratische manier. Kennis en geld zijn bij ‘buurten nieuwe stijl’ belangrijke factoren. Dat buurtbestuur, laten we het zo even noemen, maakt een meerjarenplan en een begroting voor de buurt. In die begroting worden onder andere zichtbaar:

  • de inbreng van de bewoners via de lokale belastingen;
  • de opbrengsten van nieuwe (commerciële) buurtinitiatieven en nieuwe woon- , zorg- en energie-coöperaties;
  • het bedrag dat bemiddelde bewoners bereid zijn in het buurtfonds investeren;
  • startbijdragen van de gemeente Rotterdam, al of niet in de vorm van leningen.

We gaan op zoek naar een nieuwe balans tussen inkomsten en uitgaven. Ik ga hier wat dieper op in, omdat ik wil laten zien dat als je meer invloed opeist, je ook meer zelf moet inbrengen (eigen prioriteiten, inkomsten, menskracht, enz.).
Het bottom-up-model gaat uit van decentralisatie en autonomie. Middelland lijkt een geschikte buurt en proeftuin om stapje voor stapje met zo’n model aan de slag te gaan. Veel buurten in Rotterdam zullen zich veel prettiger voelen bij een traditionelere bejegening door de Coolsingel.
Tenslotte het tussenmodel. Typisch Nederlands om daar op uit te komen. Ik denk dat het mogelijk is om het principe van cocreatie beter geformuleerd in een nieuw model in te bedden. Je geeft dan aan hoe het was, hoe het kan en hoe je via cocreatie naar zo’n nieuwe situatie zou kunnen toegroeien. Het is dus een soort overgangsmodel. Daar hoort een planning bij. Als je wilt experimenteren met een vorm van autonomie voor de burgers van Middelland, dan kun je bijvoorbeeld opschrijven dat je daarmee wilt beginnen in 2020 voor een periode van vijf jaar. Het plan daarvoor start vanuit het top-down-model en werkt via het tussenmodel toe naar het uiteindelijke bottom-up-model. Leuk om verder op te broeden. Ik ga deze uit mijn duim gezogen modellen eens onderwerpen aan het strenge en meedogenloze oordeel van de mensen die er echt verstand van hebben. Wie kan de eerste schetsen maken? Uw reactie stel ik op prijs.

 

 

0 0 stemmen
Artikel waardering
3 Reacties
Nieuwste
Oudste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Angelique Boel

Nico ga eens buurten bij het Stadsmakerscongres 2015 a.s. 30 oktober in De Schouwburg. groet Angélique Boel

Robbert de Vrieze

Prikkelend stuk over de interessante dingen die in Middelland gebeuren. En passend in een bredere tendens om meer grip te krijgen op geldstromen in de wijk voor meer lokaal maatschappelijk rendement. Ook leuk voor de inspiratie; op 5 oktober jl vond het Democratic Challenge Festival in Amersfoort plaats. Daar waren… Lees verder »

Previous Story

DAG 28: Flyeren

Next Story

DAG 30: Hans en Liz & Rutger en Sena