In de nachtclub van ons hotel ontmoette ik ondertussen hele foute mannen Nico Haasbroek becommentarieert wekelijks ontwikkelingen in de media. Als wereldburger moet ik niet zo veel hebben van nationalisme of het ophemelen van de Nederlandse geschiedenis. Mijn oriëntatie is eerder grensoverschrijdend.
De Nederlandse bevolking is ruim acht en een half uur per dag met media bezig. Laat deze zin even goed tot u doordringen. Toen ik dat een jaar of wat geleden las, schrok ik mij rot. Ben ik echt dagelijks meer met
Dwalend door mijn online archief lees ik ergens in de rubriek over mij als ‘De mislukte dichter’: ‘De normen worden alsmaar strammer, dat vindt Nicolaas best jammer.’ Dit zinnetje slaat op de zin- en oeverloze discussie over Zwarte Piet en de naam
De opwinding over de verjongingskuur van de NPO werkte om meerdere redenen behoorlijk op mijn lachspieren. Volgens mij was het Angela de Jong van het AD die in haar column van 23 april als eerste signaleerde dat de NPO bonzen op een
Eens per maand verschijnt het blad BLAD bij NRC. De NRC moet zich daar dood voor schamen. (Ja, ik neem eens even geen blad voor de mond.) Als je de pretentie hebt een kwaliteitskrant te zijn, dan geef je niet zo’n bijlage
De media staan deze dagen weer stijf van het herdenken van WO II. Jubileumjournalistiek noem ik dat. Over opgedoken dagboeken, soldatengraven en familieverhalen. Het lijkt soms net dat hoe langer het geleden is, hoe belangrijker het wordt. De overheid pompt tonnen in