Op het prikbord van de Albert Heijn aan de Nieuwe
Binnenweg hangt het verzoek om ‘hier geluksmomenten achter te laten’. Ik lees wat mensen hebben opgeschreven.
- “Oud-leerling kwam even school bezoeken. Het gaat heel goed met hem op het HBO.”
- “Meester ging zingen.”
- “Mijn man koopt 35% afgeprijsd.”
- “De zon in de straat.”
- “Met mijn broertjes en zusjes spelen.”
- “Man op straat die er erg ongelukkig uitzag heb ik knuffel gegeven en hem verteld over de liefde van Jezus. Daarna heb ik hem een broodje shoarma gegeven.”
Ik spreek af met de vrouw achter deze oproep. Ze heet Roos, is 21 jaar en woont aan de Essenburgsingel. Het blijkt om een opdracht te gaan van een docent van de Willem de Kooning Academie. Afdeling Lifestyle. ‘Bedenk zelf een protest en voer dat uit’. Daar kwam het huiswerk op neer. “Mijn protest ontstond een beetje uit mijn ergernis over het asociale en egoïstische gedrag van mensen. Het kwam naar boven toen ik op de Lijnbaan een zebrapad probeerde over te steken. Iedereen kijkt dan voor zich uit en vraagt zich niet af of een fietser, zoals ik, er even door wil. Ik word zelf juist vaak gefascineerd door kleine dingetjes waar ik gelukkig van kan worden. Daar maak ik dan foto’s van die ik op Instagram zet. En toen werd ik me er van bewust dat ik dat wel meer mensen wil laten ervaren. Het is een beetje een stil protest tegen de negatieve sfeer in de samenleving, vooral nu met dat nieuws over die aanslagen. Ik heb mijn oproep op meerdere plekken in de stad opgehangen, maar vooral op de Nieuwe Binnenweg sloeg het heel goed aan. Mensen kwamen kijken en stelden me vragen. Wel heel bijzonder. De sfeer hier is positief en het leuke is dat hier heel veel verschillende soorten mensen winkelen.”
We maken een praatje. Ze zou het liefst een heel prikbord met geluksmomenten willen vullen. Ik vraag wat haar eigen geluksmoment is.
“Ik heb er elke dag een heleboel. Maar toen ik net hier heen reed zag ik twee buitenlandse jongens op straat helemaal in een deuk liggen, terwijl ze normaal eerder stoer doen. Dat vond ik grappig om te zien. En op het grote zebrapad bij het Centraal hield een meisje haar vriendin tegen toen ik daar aan kwam fietsen, zo van ‘pas op, daar komt een fietser aan’. En vervolgens keek ze mij vriendelijk aan. Toen hadden we even een soort korte klik. Dat soort dingetjes. Het gaat om kleine momentjes.”
Ik vertel mijn geluksmoment. Mijn ontmoeting met Roos natuurlijk, maar ook mijn bezoek aan kapper Ben in de 2e Middellandstraat, eerder vandaag, die plotseling een kleine kanarie-achtige vogel op mijn schouder zette, zijn arm om me heen sloeg en door zijn klant een foto van ons liet maken. ”Ik kan me voorstellen dat sommige mensen bij geluksmomenten aan seks denken. Heb je daar wat van gemerkt?” Eerst zegt ze nee, maar dan: “Ik vroeg een meneer op straat naar zijn geluksmomenten en toen reageerde een vrouw: “Ja, dat had ‘ie vannacht, dat momentje.” Maar dat was het enige.” Uiteindelijk moet Roos een essay over haar actie schrijven. Ik doe haar wat ideeën aan de hand: Ga je geluksprotest op een site voortzetten en bedenk eventueel een Engels woord voor ‘geluksmoment’. Denk na hoe je iemand de gelukkigste dag van zijn of haar leven kan bezorgen. Ook raad ik haar aan ‘Filosofie van de levenskunst’ van de Duitse filosoof Wilhelm Schmid te lezen.